Overslaan en naar de inhoud gaan
Yammie en Ann gaan binnen in een gebouw
– Yammie Fishel

Op 15 augustus vieren we in de provincie Antwerpen traditioneel Moederdag. Ervaringswerker Yammie Fishel leerde doorheen haar eigen traject in Bethanië heel wat moeders kennen - symbolisch dan toch - en schreef dit neer in een tekst. 

Ik ben een gelukzak

'Hier, op deze plek in Bethanië, kwam ik zo’n 12 jaar geleden toe. Ik had veel aan en in mijn hoofd, maar geen woorden om dat uit te leggen en geen vertrouwen om het te proberen. Er wordt vandaag nog steeds veel gesproken over de termen afstand en nabijheid in de geestelijke gezondheidszorg. Hoe dicht mag je komen? En hoe normaal is ver genoeg? Voor zowel patiënten als hulpverleners.

Ik ben hier om een klein geheim te delen, een besef te verklappen. Een gevoel aan de muren op te hangen, niet per ongeluk maar heel erg bewust. Ik ben eigenlijk een gelukzak!

Aanschuiven aan tafel

Bethanië en haar vele afdelingen, mobiele teams, medepatiënten, vrienden en collega’s… Kortom, haar vele mensen. Awel, deze plek met haar verscheidenheid aan mensen werd voor mij een plek aan de eettafel waar ge welkom bent om aan te schuiven. Jullie kennen dat ongetwijfeld, een familie-etentje. Zo eentje waar ge zenuwen voor hebt, niet weet naast wie ge komt te zitten, of ge er u welkom gaat voelen en of het de bedoeling is om mee te babbelen met diegene aan de kop van de tafel. Ik kwam hier 12 jaar geleden voor het eerst en werd uitgenodigd om aan te schuiven. Er was altijd een stoel voor mij. Ook al had ik geen honger, wist ik niet wat er op de menu stond en of ik dat ging lusten. Al helemaal niet wie er mee aan tafel zou zitten. Ik kende het protocol rond samen helemaal niet. Als ik nog niet durfde mee aanschuiven, was dat ook gewoon oké.

Een veelheid aan moeders

In ieder gezin heb je een moeder. Hier in Bethanië had ik een veelheid aan moeders. Wat me in het begin een lange tijd doodsangsten aanjoeg. Waarom zo dicht? Waarom zo vrij? Waarom zo warm? Na een tijd vooral: waarom ben ik nu niet meer bang?'

'Een moederfiguur in het team bijvoorbeeld, dat kennen jullie wel. Een moeder die u apart neemt en luistert. Ook wanneer ge nog niet kunt spreken. Tot die tijd is samen een sigaretje roken onze taal. Een moederfiguur die u aanraakt, die haar hand op uw knie legt en steunend een klopje op de rug geeft. Een moeder die vraagt naar vroeger. Een moeder die vraagt wat ge later wilt worden. Een moeder die samen met mij en anderen achter het kookvuur staat, die begrijpt dat koken eng is maar die daarnaast ook in u gelooft en in uw eigen tempo. Een moeder die mee op wandel gaat, letterlijk en figuurlijk. Een moeder die soms streng is, omdat ze bezorgd is. Een moeder om samen mee te schaterlachen, want inderdaad wat voor een kiekenkot maak ik er soms van! Een moeder die luistert, die zelf vertelt uit ervaring. Een moeder die gelooft en een moeder die belooft. Een moeder die ge graag ziet, een moeder die u graag ziet. Een moeder die u op den duur écht kent. Een moederschap… waarvoor ik nog steeds zo oneindig dankbaar ben.

Bedankt, moeders!

Mensen worden groot en soms trekken kinderen het huis uit. Patiënten verlaten die afdeling op weg naar een andere, of gaan naar huis of zoeken hun eigen thuis buiten. Een moeder die de buil verzacht, een moeder die u ergens symbolisch en geruststellend altijd wel ergens opwacht.

Een moeder heeft soms geen kinderen. Een moeder is soms een man. Een moeder wordt soms toevallig gevonden. Ik ontdekte vele moeders hier. Ik zie ze allemaal even graag. En daarom en dankzij, ben ik een gelukzak.

Danku aan alle moeders die ik hier heb mogen leren kennen.'

Yammie F.