Als je te lang last hebt van druk en je lichaam hier niet meer van kan herstellen, kan je een burn-out krijgen. Je hebt al je reserves opgebruikt en uiteindelijk jezelf compleet uitgeput. Een burn-out heeft vaak met werk te maken, maar kan ook ontstaan doordat je lang gebukt gaat onder financiële problemen, je instaat voor de zorg van een ziek familielid of door een zware studie.
Mensen die door een burn-out uitvallen, worden vaak als zwak aanzien. Als perfectionisten die geen grenzen kunnen trekken, die moeilijk “nee” kunnen zeggen, die een te groot verantwoordelijkheidsgevoel hebben, die te hoge eisen aan zichzelf stellen.
Het valt niet te ontkennen dat iemand die uiterst betrokken is en problemen niet kan loslaten, sneller het slachtoffer van een burn-out kan worden. Hoe langer hoe meer gaan er echter ook stemmen op dat de werksituatie en –sfeer een invloed heeft op het stressniveau van werknemers.
Zo vertelden de Nederlandse professoren Evangelia Demerouti (TU Eindhoven) en Arnold Bakker (Erasmus Universiteit Rotterdam), autoriteiten in het onderzoek naar burn-out, in De Tijd dat de oorzaak van burn-out voor 70 procent bij de organisatie ligt en slechts 30 procent bij het individu. Het wordt volgens hen dan ook hoog tijd dat werkgevers hun verantwoordelijkheid nemen. Onderzoek wijst uit dat mensen energie krijgen van doorgroeimogelijkheden, collegialiteit, vertrouwen van de leidinggevende en een gemeend compliment. Tijdsdruk, sleur, te hoge verwachtingen, overwerk en/of conflicten tussen collega’s putten dan weer uit. Als de balans tussen beide aspecten in een job uit evenwicht raakt, stijgt de kans op een burn-out.
“Zet je dat om in de praktijk, dan komt het er voor werkgevers op neer duidelijk te maken wat ze precies van werknemers verwachten en voldoende hulpbronnen aan te bieden om aan die verwachten te voldoen,” zegt Demerouti. “Een omgeving waar de taakeisen disproportioneel hoger liggen dan de hulpbronnen die aangereikt worden, is de ideale broedplaats voor een burn-outgolf.”
Emeritus hoogleraar arbeids- en organisatiepsychologie Wilmar Schaufeli (Universiteit Utrecht en KU Leuven) beaamt in De Standaard dat het al te gemakkelijk is om bij een burn-out enkel de werknemer met de vinger te wijzen: “Je moet twee sporen tegelijk aanpakken: de werknemer en de werkplek. Je kunt wel eindeloos mindfulness toepassen, maar als je telkens weer op die hoge werkdruk stoot, dezelfde bureaucratie of moeilijke baas, helpt dat weinig. En als de werksituatie wordt aangepast, maar de werknemer niet aan zijn veerkracht wil werken, komt het ook niet goed. Toch moet de focus duidelijk liggen op de aanpak van de werksituatie. Het beste en grootste effect heb je als de werkgever op preventie inzet.”
Dat laatste kan volgens Schaufeli door: “… het verlagen van werkstressoren en het verhogen van energiebronnen. Je moet de werkdruk verlagen, onduidelijke taken of rolconflicten vermijden, mensen rechtvaardig behandelen. Daarnaast moet je zorgen voor genoeg steun, dat mensen kunnen leren en zich ontwikkelen, hen autonomie en inspraak bieden, zo veel mogelijk werk geven dat bij hen past.”
Als persoon kan je heel wat zelf doen om een burn-out te voorkomen of te helen. Misschien is één van de belangrijkste tips: weet dat het niet allemaal jouw schuld is!
Bronnen:
https://www.tijd.be/de-tijd-vooruit/hr/de-grootste-misvatting-over-burn-outs-dat-het-individu-schuld-treft/10405869.html
https://www.standaard.be/cnt/dmf20220805_97394617