De herinnering aan de gebeurtenissen kan je uiteraard niet wegwissen. Bij traumatherapie mag je wel verwachten dat de betekenis van de gebeurtenissen (cognitief) wijzigt. Ook de impact van de emoties en (lichamelijke) spanningen zouden moeten verminderen. De meeste therapieën werken dus niet alleen op cognitief vlak, maar ook met de ervaren emoties en het lichaam.
Enkele voorbeelden van therapie zijn EMDR en TRE
Een traumaslachtoffer getuigt:
Door langdurig trauma, opgelopen in de kinder- en adolescententijd, ben ik verschillende overlevingsstrategieën (coping mechanismen) gaan ontwikkelen.
- Geen fouten maken, perfectionisme
Ik probeerde het perfecte kind te zijn en werd daardoor erg braaf en volgzaam, maar ook bang en heel onzeker.- Controle, scannen
Ik probeerde continu te scannen - wat doen mijn gezinsgenoten en ikzelf - om vooral niet uit te dagen, niet te provoceren, het niet erger te maken, …- Geen contact met ‘Wat voel ik?, Waar ligt mijn grens?, Wat heb ik nodig?’
Ik had geleerd te voelen wat hij zei dat er gevoeld moest worden. Grenzen bewaken was niet belangrijk. Het overleven wel.Die overlevingsstrategieën raakten ‘ingebrand’ in mijn kindertijd om overeind te blijven, om te overleven, om afstraffing proberen te voorkomen. Ik had ze altijd nodig, ze loslaten lukte totaal niet.
Daar ben ik nu al jaren mee aan de slag. Om het gevoel te hebben dat wat ik doe goed genoeg is. Dat wie ik ben wél oké is. Dat ik mag ‘zijn’. Dat wat ik doe en wie ik ben er wél toe doet.
Of ik daar zo zwaar mee zal blijven worstelen, m’n ganse leven, weet ik nu nog niet. Maar ik ben er ondertussen al meer dan 50 jaar mee aan de slag en het lijkt er op momenteel inderdaad op dat ik de gevolgen van dit trauma gans mijn leven zal meedragen.