Overslaan en naar de inhoud gaan

Mijn nieuwe vleugels

Iets meer dan 1 jaar geleden zette ik hier voor het eerst een voet binnen. Gewapend met een betonnen muur om mij heen om alles en iedereen op afstand te kunnen houden. Voorovergebogen door een rugzak die in de loop der jaren alleen maar zwaarder was geworden. Ervan overtuigd dat niets of niemand mij nog kon helpen. Helemaal in mezelf gekeerd, want ikzelf was de enige die ik nog kon vertrouwen. Vaak in gedachten verzonken naar een plek waar geen pijn bestond, maar waar ik ook het hier en nu compleet vergat. Vastgeroest in destructief gedrag dat ervoor zorgde dat ik niet meer hoefde te voelen, maar waardoor ik ook mezelf en wat belangrijk was beetje bij beetje verloor.  

En nu zet ik hier mijn laatste stappen, deze keer naar buiten, de grote boze wereld in. Met goede moed, maar ook met een heel klein, bang en vooral onzeker hartje. Om er terug alleen voor te staan zonder stok achter de deur. Zonder iemand die dat -soms wel erg nodige- duwtje in de rug kan geven, zonder die telefonische hulplijn, hoe hard ik die ook heb vervloekt.  

Mijn muurtje, of toch een deel daarvan, laat ik hier achter. Om ook hierbuiten wat meer van de “echte ik” te kunnen laten zien, zonder die te verstoppen achter dat stoere masker. Om mijn zachte kant er ook gewoon af en toe te laten zijn. Om de mensen die het goed menen toch wat dichterbij te laten komen. Om de ik die nog vanbinnen zit, naar buiten te kunnen brengen.  

Mijn rugzak heb ik hier wat uitgeladen zodat er plaats was om de vaardigheden en lessen mee te nemen. Om opnieuw gewapend, maar op een heel andere manier, het gevecht hierbuiten verder te zetten. Om te kunnen blijven werken aan een betere versie van mezelf. Voor mezelf. Om te blijven zoeken naar een manier van leven wanneer ik het gevoel heb dat ik alleen maar kan overleven. Om ruimte te maken voor de kleine dingen, voor de kleine gelukskes die zo belangrijk zijn.  

Maar ook om een plekje te bewaren waar ik aan jullie, het team, kan terugdenken. Want monding is voor mij niet zomaar gebouw 8. Maar de plek waar ik mijn zwakke plekken niet meer moest verbergen en waar ik niet altijd sterk hoefde te zijn. De plek waar altijd iemand klaar staat om te helpen, te troosten, de tunnel te verbreden en met een extra duwtje in de rug je weer op weg te helpen. De plek waar ik mezelf dubbel en dik ben tegengekomen, maar waar ik ook mezelf beter heb leren kennen. De plek waar ik geleerd heb dat het ok is om af en toe niet ok te zijn. De plek waar ik zo tegenop keek om terecht te komen, maar nu zo dankbaar voor ben. Maar vooral…de plek waar ik geleerd heb dat goede mensen toch nog bestaan.  

 En ik besef dat het voor jullie ook een beetje loslaten is. Ons laten uitvliegen in de hoop dat we niet te pletter storten, maar onze nieuwe vleugels leren gebruiken. Ik kan niet beloven dat ik altijd en overal de juiste keuze zal maken, maar ik beloof wel dat ik zorg zal dragen voor mijn vleugeltjes. 

Ik ben…

Ik ben klaar. Daar was hij dan. De laatste dag. Mijn laatste dag. Een jaar en drie maanden. Zolang ben ik hier aan de slag geweest en toch lijkt het  wel gisteren. En toch ook niet. De laatste weken stonden in het teken van afronden. Van laatste goede adviezen. Van mij laten zien hoe ver ik gekomen was. Hoe ik het echt wel alleen zou kunnen. Maar ook van missen. Van achterlaten. Want zo voel t het. Ik laat geen behandeleenheid achter. Geen ziekenhuis. Ik laat een stukje van mezelf, een stukje familie achter. Een warme veilige plek die me zoveel geleerd heeft.

Een laatste gedragsexperiment. En wat voor één. Van mezelf verliezen in verdriet naar een mooie, waardige manier van vertrekken. Toegegeven dit experiment was niet afgerond op een paar dagen maar jullie stonden klaar. Weken aan een stuk. Een laatste keer samen. Team Sarah. Wetend dat ook dit wel ging lukken. Jullie met meer vertrouwen dan ik. Maar jullie ook, zoals in alles even eerlijk en oprecht. Even recht door zee maar ook even kwetsbaar. Ik moest mijn muur laten zakken doorheen dit proces maar ergens deden jullie dat ook.  Ergens deden we ook dat samen. En in die laatste weken heb ik nog zoveel mogen leren.

Wat mij het meeste geraakt heeft, is hoeveel jullie investeren in mensen. In mij. Dag en nacht zijn jullie bereikbaar. Voor een gesprek, voor coaching, voor een lach en een traan. Maar dan is hij er, die dag, de dag waar dat niet meer kan. Niet voor mij maar ook niet voor jullie. Geen zicht meer op hoe mijn dag loopt, hoe ik omga met de uitdagingen die op mijn pad komen. Enkel de hoop dat ik genoeg geleerd heb om die het hoofd te kunnen bieden.  In het beste geval zien we elkaar nooit meer.

Hoe laat je dat los? Hoe laten we dat los? Ik die niet meer kan delen waar ik al dan niet ben geraakt. Jullie die niet kunnen weten hoe ver ik ben geraakt. En daarin ben ik echt verrast. Wat me het meest raakte is niet de vraag: laat dat niet los. Laat af en toe nog iets weten.  Maar het antwoord op mijn eigen vraag. Hoe vaak horen jullie eigenlijk nog iets. Het antwoord was altijd lager dan mijn verwachting. Het raakte mij tot het diepste van mijn wezen. Hoe jammer dat eigenlijk is dat je zoveel kan betekenen voor een mens en hoe sterk je moet zijn om ook dat los te laten.  Merci en respect!