Overslaan en naar de inhoud gaan
Twee vrouwen maken eten klaar

Tim werkt als ervaringswerker in het Psychiatrisch Verzorgingstehuis De Landhuizen. De psychiatrie kent hij uit ervaring. Zijn eerste opname dateert van toen hij 17 was. ‘Ik werd opgenomen aan het begin van de zomer, een pakkende gebeurtenis. Normaal ga je met kameraden naar festivallekes. Opeens ben je in een psychiatrisch ziekenhuis. Ik wist niet voor hoe lang. Ik wist niet wat er mis was met mij. Ik was bang. Je denkt: de specialisten moeten alles oplossen voor mij. Maar zo werkt het niet. De medicatie had niet het gewenste effect. Ook tijdens de behandeling voelde ik me soms buitengesloten. Dan kreeg ik het gevoel dat er niet samen met mij werd gedacht. Ik wist niet hoe of waarom het begeleidende team tot bepaalde bevindingen of beslissingen kwam.’

Vele jaren later kwam er een kantelpunt in Tims leven: hij schreef zich in voor de opleiding orthopedagogie. ‘Geen gemakkelijke stap. Terwijl ik vroeger op zoveel plekken was buitengevlogen, moest ik na vele eenzame jaren opnieuw in een groep functioneren. Maar ik had geluk. Ik kwam in een open klas terecht waar ik me thuis voelde. Ik bouwde stap voor stap aan een hechte vriendenkring en nam opnieuw sociale rollen op.’ In het kader van zijn opleiding kwam Tim ook in contact met de herstelvisie. Daaruit haalde hij inspiratie voor zijn eindwerk en zijn stage op PVT De Landhuizen. ‘In de herstelvisie, herkende ik me meteen. Stel je maar eens voor: je bent alles kwijt, je sociale contacten, je rollen in de maatschappij, alles. Dat je een identiteitscrisis doormaakt, is evident. Wanneer je bovendien ziek bent, is het nog moeilijker. Dan is het van essentieel belang dat men je als mens blijft aanspreken. Dat is de enige voedingsbodem om te kunnen herstellen.’

Dat zoeken naar de mens achter de patiënt, daar draait alles om in herstelgericht werken. ‘Je moet samen met de patiënt of bewoner kijken: wat helpt me en welke factoren zijn belemmerd in mijn herstel? Deze elementen verschillen naargelang de herstelfase. Tijdens je persoonlijk herstel, ben je nog helemaal onder de indruk van je kwetsbaarheid. Je hebt voornamelijk rust nodig, een veilige ruimte, mensen die naar je luisteren en erkennen wat je doormaakt. Dan is het belangrijk om de nodige ruimte te krijgen om te begrijpen wat je overkomt en hoe dat komt. Zelf moest ik mijn verslaving stoppen en daarvoor hulp durven aannemen. Dat duurt een hele tijd. De volgende stap is sociaal herstel, opnieuw contact maken met mensen. Na een lange periode van isolatie, zat ik elke ochtend naast een groepje bejaarden op een bankje. Dat heeft me enorm geholpen. Toen kreeg ik onverwacht bezoek van een oude vriend die zich verveelde na een nachtje stappen. Iemand uit mijn verleden die contact zoekt en gewoon doet gewoon tegen mij? Dat was het moment waarop ik durfde terugkeren naar mijn geboortedorp. Wat als die vriend zich niet had verveeld die dag? Het is een klein detail dat mijn leven heeft veranderd.’

Tim volgde ook verschillende cursussen over systematisch rehabilitatiegericht handelen (SRH) en werkt vandaag als ervaringswerker in PVT De Landhuizen. Daar startte hij een herstelwerkgroep op. ‘In de werkgroep draait het om lotgenotencontact. Bewoners die dag in dag uit samen leven en misschien zelfs met gelijkaardige problemen worstelen, gaan samen kijken wat hen kan helpen. Ik probeer op een gelijkwaardige manier ervaringen met hen te delen. Door gesprekken te voeren, kom je soms te weten wat bewoners echt leuk vinden. Zo vertrouwde een bewoonster me toe dat ze ervan droomde om nog eens te kantklossen. Hoewel ze daar best goed in was, had ze de moed niet om naar een buurtvereniging te stappen, uit schrik als zottin bestempeld te worden. Ik stimuleerde haar om toch contact te zoeken met een vereniging, waar ze nu wekelijks heen gaat. Ik merk dat mensen die zich in het begin hevig verzetten, vaak de grootste kanshebbers zijn om te slagen in hun herstel. Voor mij is verzet een teken van kracht. Het zijn de mensen zeggen: ‘zo ga ik niet mijn hele leven blijven’, die vaak de kracht vinden om ertegen te vechten.’

Ook de hulpverleners op PVT werken intensief rond de herstelvisie. ‘De medewerkers vinden de stem van de bewoners belangrijk en proberen persoonlijk contact te leggen. Ik merk dat ze openstaan voor verandering in hun manier van werken. Dat vind ik knap. Maar er is altijd ruimte voor verbetering. Ik denk dat we ook in vergaderingen nog meer moeten uitgaan van wat goed loopt. Nog meer focussen op lichtpuntjes en minder op problemen. Tijdens de herstelweek hebben alle hulpverleners ook ervaren wat het betekent om je rollen te verliezen in de maatschappij. We zaten allemaal rond de tafel, iedereen maakte een lijstje van zijn sociale rollen. Vervolgens mocht een collega vier rollen schrappen. Opeens heb je geen werk, je verliest je partner, je kinderen en je moet je woning verkopen. Wat doet dat met jou? Dat is nu net waar het allemaal om draait: jezelf inleven in de ander.’

Zijn werk op PVT geeft Tim veerkracht. ‘Ik krijg steun van lotgenoten en collega’s in PVT. Ze geven me het vertrouwen om zelf initiatieven te nemen in de herstelwerking. Binnenkort krijg ik zelfs een halftijds contract voor vier maanden.’